Betere aardbeiteelt en besparingen door nieuwe irrigatiestrategie

Peter Lemmen teelt aardbeien op zowel stellingen als in de kas. Samen met voorlichter Jan Janssen van Delphy probeert hij het maximale resultaat uit zijn teelt te halen. Sinds 2021 gebruikt Peter sensoren van Growficient om zijn irrigatiestrategie te optimaliseren. Peter en Jan vertellen samen over hun aanpak.

Uitdagingen: te nat substraat en roodwortelrot

“We hadden het gevoel dat we goed water gaven”, vertelt Jan, over de periode vóór de aanschaf van de sensoren. De schok was dan ook groot toen er achteraf een natte laag onderin de bakken lag, waarin geen wortels te vinden waren.

Een gevolg van het te natte substraat was roodwortelrot, waardoor de planten hun wortels verloren. Peter: “We probeerden van alles om de problemen op te lossen. Uiteindelijk hadden we vooral meer inzicht nodig in de watergift en in het substraat.” Voorlichter Jan had al ervaring met de substraatsensoren van Growficient. Nadat meerdere opties verkend waren, startten Peter en Jan dus in 2021 met het gebruik van de sensoren.

Van planten tot plukken hebben we nu de optimale irrigatiestrategie gevonden. En die draagt bij aan het allerbelangrijkste: een goede teelt

Meer inzicht in de watergift en de behoefte van de plant

Inmiddels is er veel veranderd in de irrigatiestrategie. De grootste reden? Het inzicht dat Peter en Jan nu hebben in de watergift. “We gingen stapje voor stapje te werk”, legt Peter uit. Zo bepaalden ze eerst de onder- en bovengrens, vertelt Jan: ‘’Het idee was om te kijken wat wij het maximum vonden. Als we het substraat optisch bij een bepaald gehalte maximaal nat vinden, dan weten we het maximum.

Aan de andere kant hebben we gekeken wat zo droog mogelijk is en bij welke waarde je dus echt water moet geven, om daar de ondergrens te trekken. Vervolgens leg je de hele waterstrategie onder de loep; hoeveel water geef ik en wat heeft dat voor invloed op het watergehalte/de sensor?’’

“Als we gewend waren om half 8 te starten met de watergift, zagen we via het dashboard dat de plant pas tegen een uur of negen actief werd. Je hoeft dus niet direct om half 8 aan de slag, want dan vraagt de plant nog niet om water”. Daarnaast ontdekte Peter dat nachtbeurten niet steevast nodig zijn, volgens de sensoren. “Het gaat er voornamelijk om dat er nu veel meer inzicht en houvast is.”

“En je moet zelf natuurlijk ook met groene vingers blijven rondlopen”, vindt Jan. Hij vertelt dat het helpt om gevoel te krijgen bij de data, door toch her en der even aan het substraat te voelen. “Je moet er zelf ook tijd en energie instoppen.” Daar is Peter het helemaal mee eens: “Het is echt een proces. Je moet zelf uitvogelen wat het beste werkt voor jouw product en substraat, samen met het inzicht dat de sensoren geven”. “Doordat je veel meer inzicht hebt, durf je meer”, vat Jan samen.

Besparen van water

Inmiddels geeft Peter de planten soms meerdere dagen geen water: “We zijn veel droger gaan telen. Ik sta er soms versteld van hoe weinig water de planten nodig blijken te hebben.”

Jan vertelt dat ze door de sensoren ontdekten dat er in het najaar voldoende dagen waren waarop ze geen water hoefden te geven. “Het was een risico, maar we gingen daarin steeds een stapje verder, op basis van het inzicht uit de sensoren”, zegt Peter. Dit bespaart natuurlijk veel water. Maar zoals Jan terecht aangeeft: “Dat is mooi, maar uiteindelijk is een goede teelt het allerbelangrijkste”. Gelukkig zorgt de waterbesparing dan ook voor sterkere wortels. De oogst is goed en de uitval is nu al met één tot twee procent verminderd.

Je moet zelf uitvogelen wat het beste werkt voor jouw product en substraat, samen met het inzicht dat de sensoren geven. Doordat je veel meer inzicht hebt, durf je meer.

Besparen op mest- en voedingsstoffen

Naast op water, kan er ook op voedingsstoffen bespaard worden door het inzicht dat de sensoren geven. Het is moeilijk om te zeggen hoeveel je exact bespaart, want ieder jaar is weer anders, geeft Peter aan. “Vorig jaar was het bijvoorbeeld hartstikke heet. We weten wel dat we ten opzichte van andere jaren nu 10 tot 15 procent calcium besparen. En dat zelfs ondanks dat het zo’n extreem jaar was qua weer.”

Of Peter ook op kalium zou kunnen besparen, is moeilijk te zeggen. In de vruchtfase wil je juist overdrain, benoemt Jan, en moet er zo min mogelijk spanning van de vrucht af. “Juist in die periode moet je niet te veel willen sleutelen.” Dat vindt ook Peter: “Je loopt dan het risico dat je het direct voelt in de portemonnee”.

En juist met die portemonnee gaat het goed, door de investering in de sensoren. “Op het gevoel denk ik dat ik het systeem op de bespaarde kunstmest zou kunnen terugverdienen.’’

Iedere teelt een stapje verder

“Als je een beter wortelgestel krijgt, zing je het ook veel makkelijker uit om betere aardbeien te houden”, vertelt Peter. Zolang het goed gaat, gaan Jan en hij door op deze weg.

En goed gáát het. “Zo halen we stapje voor stapje het onderste uit de kan. Iedere teelt gaan we nog een stapje verder.” Hij geeft aan dat ze van planten tot plukken nu de optimale irrigatiestrategie hebben gevonden. En die draagt bij aan een goede teelt: “het allerbelangrijkste”.

Dit verhaal delen?

Nieuwsgierig?

Wil je meer weten over wat de voordelen van Growficient voor jou kunnen zijn? Laat het ons weten. We kunnen samen kijken naar wat de mogelijkheden kunnen zijn voor jou om meer inzicht te krijgen in het wortelmilieu en de watergift te optimaliseren.